Het effect van (kort)scheren aan de vacht wordt vaak onderschat. Scheren lijkt snel, makkelijk en goedkoop, maar is voor een aantal honden niet aan te bevelen!

De meeste honden hebben een onder- en een bovenvacht, die (halfjaarlijks) dienen te verharen. Dit geldt niet alleen voor rashonden, maar ook voor de kruisingen. Het scheren gebeurd vaak op het moment dat de vacht eigenlijk dood is en dient te verharen. Door het scheren blijven de dode stoppels nog een tijd in de huid zitten. De honden kunnen hier last van krijgen en kunnen gaan krabben en bijten om het dode haar alsnog te verwijderen.

Na het scheren groeit het haar wel weer aan, maar de vacht kan dik, wollig en dof worden in plaats van stevig en glanzend. Of juist slap, dun en zijdeachtig.
De oorspronkelijke vacht heeft als functie bescherming tegen vuil en parasieten, maar ook tegen bepaalde weersomstandigheden zoals zon, regen, kou en warmte (vergelijkbaar met een thermoskan). Een geschoren vacht trekt juist vuil aan en er ontstaat veel eerder klitvorming dan bij de oorspronkelijke vacht! Hierdoor zal de hond steeds vaker naar de trimsalon gaan en wordt het scheren uiteindelijk duurder!
De bescherming tegen de weersomstandigheden wordt ook minder. De hond zal het zomers bijvoorbeeld juist eerder warm hebben, omdat naast de nieuwe vacht, ook de oude nog (gedeeltelijk) aanwezig is. Daarnaast houdt de vacht UV straling tegen en gaat de koele wind door de haren. Wanneer de vacht (kort)geschoren is gaat de koele wind over de vacht en de UV straling op de huid!
Scheren geeft de hond dus totaal geen verkoeling, een hond kan zichzelf niet koelen via zijn huid zoals de mens. Alleen hun voetzolen kunnen zweten! Een hond koelt alleen af door te hijgen!

Naast een structuurverandering vindt er meestal ook een kleurverandering plaats. De kleur wordt flets!

Zoals hierboven beschreven blijkt dat er een groot aantal nadelen aan het scheren van de vacht zitten, gelukkig is bijna iedere vacht te herstellen! Houdt er wel rekening mee dat dit niet van de één op andere dag klaar is, maar dat er een aantal verharingsbeurten over heen gaan voor de vacht weer in zijn oorspronkelijke conditie terug is.

Tijdens mijn opleiding heb ik geleerd dat één van de belangrijkste taken van een hondentrimmer het op correcte wijze verwijderen van het dode haar is. Een vakkundige trimmer stelt voor iedere hond een individuele behandeling voor. In overleg met de eigenaar wordt gekozen voor een methode die past bij de hond en de eigenaar, om de huid en de vacht in optimale conditie te brengen, maar vooral ook te houden!